Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [37]Jonathan voer voort, met David te doen zweren, omdat hij hem liefhad; [38]want hij had hem lief met de liefde zijner ziel. 37. Eerst heeft Jonathan David een eed gedaan, en beloofd hem voor te staan, vs.13. Nu verzoekt Jonathan, dat David hem ook met ede belove, dat hij hem en den zijnen barmhartigheid wil bewijzen, als hij koning zou geworden zijn. 38. Dat is, hij had hem zo lief als zichzelven.